Hoewel er in Zuidoost-Friesland niet veel van dit (agrarische) natuurtype aanwezig is, beheren boeren in onze regio ook het ‘Open grasland’. Met name rond Nij Beets, Nijeholtwolde en Oldetrijne. Het landschap bestaat uit grasland, dat op plekken vochtig is en kruiden bevat. Sloten en vaarten zijn ruim aanwezig, bomen, struiken minder.
Diersoorten die zich thuis voelen in het Open grasland zijn de weidevogels in het (vroege) voorjaar, maar ook overwinterende ganzen en zwanen. Maar ook soorten zoals de houtduif, torenvalk, roek, kramsvogel en spreeuw maken graag gebruik van het natuurtype. Zij kunnen meeliften met de maatregelen voor de overige soorten.
Over het beheer van het 'Open grasland'
In het weidevogelseizoen is het belangrijk om het leefgebied voor de vogels en kuikens geschikt te maken. Het gaat dan niet alleen om de nesten en de kuikens, maar ook om ter bescherming van de oudervogels.
Weilanden
- Vanaf 15 februari wordt land onder water gezet, er ontstaat dan plasdras dat tot maximaal 15 juni aanwezig is.
- Voor het beschermen van de legsels worden er tijdens het broedseizoen nestbeschermers en/of markeerstokken geplaatst, ter bescherming tegen agrarische werkzaamheden. De beste methode is om het land niet te betreden. Het bezoeken van nesten kan predatoren zoals roofvogels of roofdieren aantrekken.
- Na 1 mei gaat vee (beperkt) het land in. Door deze weidegangers komt er een patroon van lang en kort gras, en graspollen in het grasland, wat goed is voor zowel volwassen als jonge vogels.
- Er wordt tussen 1 februari tot 1 september ruige mest (vaste mest, vermengd met stro) uitgereden. Dit is goed voor het bodemleven en de bodemstructuur. Er komen meer insecten en wormen op af en dus meer voedsel voor de weidevogels.
Andere vormen van het beheer van weiland
- Met een zwaardere beheeraanpak gebeurt er in de periode van 1 april tot minimaal 1 juni en maximaal 15 augustus helemaal niets op het land. Er is rust, geen veebezetting maar ook geen bewerkingen of betreding van het perceel. Hierdoor kunnen de vogels zonder verstoord te worden hun eieren uitbroeden en hun kuikens grootbrengen.
- Wat deelnemers ook doen is het afsluiten van het pakket ‘Kruidenrijk Grasland’.
Het land bestaat dan uit een gevarieerde vegetatie, een verscheidenheid in kruiden en grassen en structuur, of te wel oneffenheden. De verscheidenheid aan grassen en bloemen is goed voor insecten en dus voedsel voor de oudervogels en kuikens. Daarnaast vallen de kuikens minder op in een kleurrijke omgeving zodat ze beter beschermd zijn tegen predatoren.